goederen (c) Anna Carlier
en gastschrijvers





woensdag 2 april 2014

One Ticket To Desire Please





Ze lacht, ze lacht, ze lacht.
Ha, ze lacht, ze lacht, ze lacht.

Geef maar toe… dat ge niet weet waar deze lijn zal stoppen.
Wie hem weer zal doortrekken.
Wie hem weer zal oppikken.
Wie hem weer zal snijden.
Wie hem zal kerven.
Wie hem zal branden. In de kern van ons bestaan.

En opnieuw… ze lacht.
Haar onkunde laat haar lachen.
Ze weet van niets, ze kent hem niet (diegene die de lijn oppikt).
Dus dan kan ze niets anders dan lachen.
Misschien, als hij haar gelach hoort, stopt hij met kerven. Dan kan hij misschien overgaan tot zachtjes met een krijtje of een pluimpje de lijn in de richting te trekken van een oceaan of van een bloemenweide of van een moederschoot.
Misschien als hij haar gelach hoort heeft hij medelijden met de gekke vrouw. Durft hij niet meer verder kerven, zich bewust dat als er gesneden zal worden er misschien teveel verdwijnt. Het bestaan van de gekke vrouwen is al zo onbenullig. Een kerf in haar bestaan zal al genoeg zijn om de vrouw helemaal uit te wissen.
Misschien als hij haar gelach hoort, denkt hij dat hij mee wil lachen. Dat hij het plezier om het niets ook wil kennen. Dat hij het plezier dat voortkomt uit een onkunde, ook wil ervaren.
Misschien zoekt hij haar dan op.
Misschien loopt hij dan weg.
Misschien stopt hij dan met kerven en snijden en branden van de lijn.
Misschien waarschijnlijk.
Onwaarschijnlijk.
Absoluut niet.
Het is een verrader. Hij zal blijven kerven en snijden en branden.

De vrouw stopt. Ze stopt. Ze lacht niet meer. Ze weet nu dat hij een verrader is. Dat hij niet met krijtjes en pluimpjes zal werken, dat hij niet zal meelachen en dat hij al helemaal niet het type is dat medelijden kent.
Ze grijpt naar haar laatste overlevingsmechanisme. Ze herpakt haar kunde. Ze zoekt verleiding. Ze zoekt verlangen. Waar is het?
Ze loopt niet meer weg. Ze heeft geen lach-afweermechanisme meer. Ze gaat naar hem toe. Ze zoekt hem.

Waar verstopt een verrader zich? Een kerver?
In de moederschoot onder het bloedverlies?
In de bloemenweide, tussen de stermollen en de wormen?
In de oceaan? Bij de hozemond?

Ze ziet hem staan. Middenin een landschap van bruine koffers. Zoekend naar zijn ingepakte aardappelmesje.

Ze aarzelt naar hem toe.
Ze stamelt.
Ze vraagt.

One Ticket To Desire Please.